|
|
De Nederlandse taal wordt gesproken door ongeveer 23 miljoen mensen. Het heeft verschillende dialecten.
De Nederlandse taal is nauw verwant aan het Engels en het is een West-Germaanse taal.
Het Nederlands gebruikt het Latijnse alfabet met een paar wijzigingen in de letters: "c" en "g" worden uitgesproken als "k", "y" wordt uitgesproken als "ij" en "j" wordt uitgesproken als "y".
Het Nederlands heeft veel leenwoorden uit het Frans, Latijn, Grieks, Arabisch, Spaans en Duits.
Een aantal woorden wordt alleen in bepaalde regio's van Nederland gebruikt of heeft in verschillende delen van het land een andere betekenis.
Sommige dialecten hebben hun eigen woorden voor dingen die andere dialecten helemaal niet gebruiken.
|
|
|
|
Vertalers zijn een cruciaal onderdeel van de vertaalindustrie. Zij zijn verantwoordelijk voor het vertalen en interpreteren van teksten van de ene taal naar de andere. Nederlandse vertalers en tolken werken met teksten in het Nederlands, Engels, Frans, Duits en vele andere talen.
De taakomschrijving van de Nederlandse vertaler is het vertalen van geschreven teksten van de ene taal naar de andere, evenals gesproken vertalingen van lezingen of toespraken in het Nederlands.
Veel Nederlandse vertalers hebben een achtergrond in taalkunde of vertaalwetenschap. Ze hebben meestal een universitair diploma op het gebied van talen of taalkunde en moeten ook vloeiend zijn in beide talen waarnaar ze willen vertalen (moedertaal).
Nederlandse vertalers werken doorgaans voor bedrijven die gespecialiseerd zijn in vertaaldiensten of bureaus die zowel tolk- als vertaaldiensten leveren. Ze kunnen ook zelfstandig werken als freel
|
|